Luister
muziek
30 april 2024 - 21:53
Deel dit artikel:

Ton Rooijakkers was zes maanden op missie: 'Als veteraan leer je ontzettend relativeren'

Een jaar geleden wordt aan het Verzetsstrijdersplantsoen een perkje met anjers aangelegd met daarbij ter verduidelijking een tekstbordje. Het is bedoeld als eerbetoon aan alle veteranen. Valkenswaard24 zoekt één van hen op: Ton Rooijakkers.

valkenswaard24
  / Evert Meijs
  • Beeld - Evert Meijs
Advertentie

Er vindt een hartelijke begroeting plaats door Ton en door de hond Blues, die in huize Rooijakkers logeert. Na even snuffelen zoekt Blues zijn vaste plek op. Al gauw is er koffie en legt de gastheer uit dat hij na zijn periode als dienstplichtig militair bij de Landmacht blijft hangen. Ton is bovendien aangesloten bij de plaatselijke partij H&G en zegt enkele maanden geleden in het kader van tachtig jaar bevrijding: kunnen we de Valkenswaardse veteranen op 4 mei en 17 september niet betrekken bij de activiteiten van dit jaar? Eén van de raadsleden dient vervolgens de motie in (H-)erken Uw Veteraan. “We zijn immers niet alleen tachtig jaar geleden bevrijd, maar we vieren ook tachtig jaar vrijheid.” Ton is blij en trots dat de motie wordt aangenomen en dat veteranen die na de Tweede Wereldoorlog over de hele wereld zijn ingezet, en hun steentje hebben bijgedragen aan die vrijheid, zullen worden uitgenodigd. “Op die manier is er plaatselijk erkenning en waardering voor die ongeveer honderd Valkenswaardse militairen.” Ton herinnert subtiel aan de Veteranenwet, waarin voor gemeenten een zorgplicht voor veteranen is vastgelegd.

Niet in blauw, maar in groen

“Ik was bijna vijfentwintig jaar beroepsofficier. Eén van mijn functies was bij het onderhoudspeloton van een pantser-infanterie-eenheid”, zo begint Ton zijn eigen verhaal. “Ik heb een uitzending gehad naar Joegoslavië in 1996, als IFOR, na de val van Srebrenica. Aanvankelijk zouden we als ‘blauw’ gaan, maar na de val werd afscheid genomen van de VN-taken en zijn we onder de vlag van de NATO met robuuste middelen daarheen gegaan. Dus niet met blauwhelmen, maar in groen uniform, en met een andere geweldsinstructie; we konden iets afdwingen.” ’n Half jaar vertoeft hij in het oorlogsgebied, slechts twee uur vliegen van Valkenswaard. Daar leert hij relativeren. “Als bij ons thuis de stroom uitvalt, pak ik wel een zaklamp. Als ik naar de bakker ga is er brood. Kinderen daar, van 5, 6, 7 jaar, liepen uren door weer en wind om naar school te gaan, alleen al omdat ze daar een maaltijd kregen. Mensen rijden nog op karren met een ezel ervoor.”

Kort na afloop van de uitzending neemt Ton afscheid van Defensie en vindt als zelfstandige een andere job. Waarom? “Het werk legt een behoorlijk beslag op je gezin.” Eenmaal deelgenomen aan een uitzendingsmissie, maakt de Valkenswaardenaar deel uit van een groep van ruim 100.000 veteranen. “Want veteraan blijf je. Als je op uitzending gaat, bouw je met iedereen een band op omdat je blindelings op elkaar moet kunnen vertrouwen. Je zit allemaal in dezelfde shit. Dat schept een band; je zit zes maanden op elkaars lip!” Het leeft voor Ton nog steeds. Bijna 150 van de 200 medestrijders van zijn uitzending zitten nog op een Facebookpagina en worden allerlei berichten uitgewisseld. “Ook sterfgevallen van bataljon-maten worden hierop gemeld.” Even wordt het stil aan tafel en Ton vervolgt: “Er is in de Legerplaats Oirschot een herinneringshoekje ingericht voor hen die nadien gestorven zijn, soms nog als gevolg van de uitzending.” Er blijkt dus nog een duidelijke verbintenis met de mensen die deel uitmaakten van die uitzending.

Vers in het geheugen

Ton is ondanks alles blij dat hij uitgezonden is geweest. Hij is trots op de V, het Veteranenspeldje op zijn revers, dat elke veteraan mag dragen. “Het was je beroep, je werd aangewezen en je gíng, na een gedegen voorbereiding. Bij speciale gelegenheden draag ik de speld: ik heb immers iets gedaan wat bijzonder is.” De geschiedenis van Joegoslavië is zo ingewikkeld geworden, dat Ton zich daar niet langer in verdiept. Maar de verhalen van hem en zijn bataljon liggen nog vers in zijn geheugen. Over afgebrande huizen, lege dorpen, begraafplaatsen, opgeblazen wijken en mijnen waar de tijdklok nog aan vast zit. Hij is al meerdere malen op vakantie geweest richting zijn voormalige werkgebied, maar op de plekken zélf, zoals even onder Banja Luka, is hij nog niet geweest. “Al jaren gaan we met de caravan richting Dubrovnik, maar we komen steeds maar tot Split.”

Dan komt de veteraan nog even terug op het Anjerperk in het Verzetsstrijdersplantsoen. Uit de geschiedenis blijkt dat men overal in het land op 29 juni 1940 uit protest tegen de bezetter de vlag uitsteekt, en dat standbeelden van leden van het koninklijk huis onder bloemen worden bedolven. Demonstratief dragen veel Hagenaars die dag witte anjers en een oranje strikje. UNIFIL Veteranen lopen in 2005 tijdens het defilé in Wageningen met een witte anjer op de borst en herhalen dat bij de Nationale Veteranendag in 2006 in Den Haag. In 2007 wordt de Stichting Anjer Veteranendag opgericht, die zich vervolgens tot doel stelt om de witte anjer voortaan op Veteranendag te laten fungeren als symbool van waardering en erkenning van alle Nederlanders met oorlogs- en vredesmissies. Ton: “Het Valkenswaardse initiatief lag bij Davey Gerlings en het parkje werd in 2023 aangelegd. De anjer groeit trouwens ongeveer van april tot september, dus tijdens de plaatselijke herdenkingen staat de anjer er mooi bij. Ik vind de gekozen plek bij het verzetsmonument zeer goed gekozen.”

Op het einde van het gesprek onderstreept Ton het nut en de noodzaak van vredesmissies. “Er zijn mensen die vinden dat we ons elders in de wereld niet moeten bemoeien met oorlogen en geweld. Maar de mensen dáár hebben ook recht op een leven en een veilige woonplek. Menselijk gezien: wat dáár gebeurt kán gewoon niet.” 

Download de gratis app van Valkenswaard24 en mis niets → Apple | Android

Deel dit artikel:
Advertentie



Ga terug
Advertentie
Advertentie