Sinds september 2024 is Han van Eijndhoven één van de bewoners van De Rapelenberg. Zijn beperking dwingt hem om in het Lunet Zorgcomplex te gaan wonen. Maar vanaf de eerste dag heeft daar geen spijt van.
De ‘nieuwe’ Valkenswaardenaar biedt een plekje aan in de ontmoetingsruimte van De Rapelenberg en vertelt dat hij wordt geboren in 1955 in Eindhoven. Als je vraagt hoe hij hier terecht is gekomen, zegt hij: “Ons moeder overleed in Eindhoven en toen verhuisde ik in 2000 naar mijn zus in Riethoven. Daarna naar Luyksgestel en toen weer terug naar Riethoven. En toen naar hier. Ons vader was al veel eerder overleden.” Hij moet er zelf mee lachen als hij vertelt over zijn zwervend bestaan. In Eindhoven zit Han op de LOM-Driekoningenschool. “Na de lagere school ging ik naar het internaat in Ossendrecht, omdat ik een moeilijk opvoedbaar kind was. Ik had gewoon een kort lontje. En op het internaat werd ik heropgevoed.”
In de pubertijd is Han dat korte lontje helemaal kwijtgeraakt. Hij is veranderd in een vriendelijke behulpzame man die nadien juist in teams werd geplaatst ter kalmering van andere mensen in die groep.
Han heeft nog twee zussen en één broer. Dan komt één van de medewerksters binnen en herinnert Han eraan dat om half drie het koffiemoment is, in de ontmoetingsruimte. “Geen probleem, dan gaan we naar mijn kamer. Ik heb er helemaal niet bij stilgestaan.” Een verdieping hoger gaat het gesprek verder in kamer 102. “Dan kun je meteen de foto van ons pa en ons ma zien”, aldus Han, die zegt dat zijn ouders zijn geboren in Netersel en Vessem. Er zijn juist nog twee dames aan het poetsen in de kamer, maar na enkele ogenblikken zijn ze klaar en nemen hun poetsmiddelen weer mee. “We zijn met z’n tweeën, dus het ging snel”, zegt één van hen.
“Ons pap kreeg werk in het onderwijs in Eindhoven, op Huishoudschool Hemelrijken in Woensel. De nonnen waren daar toen de baas. Op de LTS in Ossendrecht hadden ze paters, het heette daar Onze Lieve Vrouw ter Duinen.” Han spreekt prima dialect, en als je daar iets van zegt, merkt hij op: “Dat heb ik op latere leeftijd aangeleerd, want thuis mocht ik dat niet.” Intussen speelt de radio gezellige lichte muziek. Het blijkt NPO 5 te zijn, die altijd op staat. Op de vraag welke studierichting Han volgde, zegt hij: “Metaal, maar daar heb ik nooit niks mee gedaan. Ik ben in 1973 bij d’n DAF gaan werken, maar niet in het productiesysteem, hoor. Ik kwam bij de emballage.”
In de kamer staat een boekenkast die gevuld is met allerlei detectiveboeken, als van Simenon en Agatha Christie. Op tafel ligt Fontein 2, van rechercheur Baantjer, Bureau Warmoesstraat. Op een kastje liggen boeken van Herbert Reinecker: Achter de laatste deur, en Riskante Speurtocht. Het appartementje geeft een mooi zicht op de Europalaan, waar op deze middag nauwelijks verkeer over komt. Had je zelf last van je beperking? “Ja, ik was hyperactief. Op de lagere school was er geen één die mij pestte. Want die sloeg ik mee op hun gezicht. Ik had echt een heel kort lontje. Na Ossendrecht is dat wel beter geworden. Ik heb trouwens ook Groenschool-cursussen gehad bij KempenPlus en bij de Ergon.” Na het faillissement bij DAF komt Han in 1994 bij de Groenvoorziening van Ergon.
“Ik heb toen gewerkt in het Philips van Lenneppark, en daar ging ik met de fiets naar toe. Het was leuk: schoffelen en harken. Dat werk was op een vaste locatie, en er was ook een kinderboerderij bij. Later heb ik ook in de wijk gestaan, in Strijp. Toen kreeg je nog regelmatig koffie bij de mensen.” Han kijkt met plezier terug op zijn loopbaan en haalt het laatste WVK-Nieuwsblad van januari 2019 uit de kast. Hij laat een artikel zien over zijn 25-jarig jubileum bij Ergon en aansluitend bij WVK-groep. ‘Eigenlijk kun je stellen dat hij twee keer een 12,5 jubileum vierde’, zo staat te lezen.
Dan legt Han uit dat hij atechnisch is, niet met de computer overweg kan en dat de leiding hem helpt met douchen. “Mijn familie, mijn oudste zus Marjanne, helpt met mijn medicijnen en bankzaken. En als ik iets nodig heb, koopt ze dat.” Dan trekt hij zijn bovenlip omhoog en zegt: “Kijk: dadelijk moet ik naar de kaakchirurg en dan gaat mijn familie mee. De tanden waren rot en afgebroken.”
Als het over de familie gaat, komt de naam bovendrijven van Heeroom Jan, de laatste priesterdirecteur van het voormalige Doveninstituut in Sint-Michielsgestel. Jan van Eijndhoven (1927-2013) drukte een zware internationale stempel op de ontwikkeling van het instituut. Aan de wand hangt een familiefoto en de gastheer noemt de namen van enkele personen op het familieportret. Dan loopt hij weer naar zijn boekenkast en pakt de Katholieke Illustratie, een ingebonden boek. Ook het familiefotoalbum komt tevoorschijn. Het valt op dat er veel vakantiefoto’s in staan, gemaakt op verscheidene toeristische locaties in Europa.
Han is een gezellige verteller die een tevreden indruk maakt. “Ik kom niks te kort en hier ben je onder de mensen. En ik hoef zelf niet voor mijn maaltijd te zorgen. Eten doen we in twee ploegen.” Han vult wekelijks een lijst in met gerechten die hij lekker vindt. Hij is content over zijn kamer, en noemt meteen Anneke Grönloh als uit de luidspreker ‘Brandend Zand‘ klinkt. Hij vult zijn dagen met het lezen van Kuifjeboeken en uiteraard de detectives over Maigret. Daarnaast mag hij graag sjoelen, koffiedrinken bij de Hema en hij houdt van filmkijken. “En die foto op de kast is van het Openluchtmuseum; toen zijn we met onze kleding getransformeerd naar 1910.”
Download de gratis app van Valkenswaard24 en mis niets → Apple | Android