Luister
muziek
22 juni 2021 - 06:01
Deel dit artikel:

Pieter Swinnen: ‘Ik noem mij different faces’

In zijn leven heeft Pieter Swinnen meermalen de dagbladpers gehaald. Valkenswaard24 spaarde kosten noch moeite om in de afgelopen maanden in vier gesprekken een totaalbeeld van de markante Valkenswaardenaar voor ogen te krijgen. In twee artikelen komt een man naar voren die in zijn leven ups en downs kende, artistiek op hoog niveau actief was en geliefd is onder de bevolking. Dit is het tweede deel.

valkenswaard24
  / Evert Meijs
  • Beeld - Evert Meijs
Advertentie

Tijdens een vervolginterview draagt Pieter een gele bril en bijpassende kledij. Hij grijpt nog even terug naar de winkel in de Willibrorduslaan en vertelt: “Met Sinterklaas en Kerst hadden we altijd mooie etalages die we zelf maakten. Er werkten al gauw vier tot vijf parttimers, stagiaires en zaterdaghulpen. Ik tekende intussen in mijn fantasie en later op papier een nieuw huis voor ons gezin.” Het huis moet een grote voordeur krijgen, een vestibule, lachspiegels, geen binnenmuren en de stoppen en zekeringen moeten op een marmeren plaat komen, in plaats van in een meterkast. “Ik wilde een grote wc waar ik m’n kont goed kon keren.” aldus Pieter, die in zijn fantasie ook zijn sterfbed boven al voor zich ziet. Te bereiken via een draaitrap. “Sommige mensen dachten dat het een kapel was, want er kwam een grote koepel op het dak.” Het pand verrijst in 1986 aan de Hegmulder en wordt opgetrokken met grote betonblokken die later met latex wit worden geschilderd. Het dak wordt voorzien van witte golfplaten. Het schetsboek van het pand is later overgegaan naar de volgende eigenaar Jan van Bree. “Het huis was exclusief, helemaal van Pieter Swinnen, van binnen en van buiten, met correcties van architect Herrie Cremers. Maar de woning is uit verdriet geboren.”

De prachtigste schilderijen
In september 1989 start Pieter op De Draaikolk met schilderlessen. Hij pakt enkele albums met foto’s uit die periode. “Ik had op het St.-Lucas gezeten in Boxtel en kon goed tekenen. Ik volgde de studierichting huis- reclame- en decoratieschilderen. Leraar op de Draaikolk was Theo Ceelen en zijn eerste lessen waren wel aardig. Ik sprong al snel boven de andere cursisten uit. ’n Half jaar later ging ik les halen bij Gerard van Iersel. Die was veel moderner. Ik floreerde bij hem en maakte de prachtigste schilderijen. Ik passeerde zelfs mijn meester in het succes.” Dan komt Pieter in contact met schilder Jos Leurs. Ze worden kameraad en samen gaan ze op werkvakantie in Santorini waar Pieter zeventien grote schilderstukken maakt, die bijna allemaal verkocht worden. Na een hoogtepunt in de schilderkunst loopt de verkoop terug en Tonnie adviseert haar man om les te gaan geven.

Vuilnis
In hun huis in Spanje worden schilderlessen gegeven aan cursisten uit verschillende landen. Ook dit pand wordt ingericht naar de artistieke smaak van Pieter. “Ik liep elke dag met de hondjes langs een vuilnisbelt en bracht iedere keer wel iets mee, iets kleins. Als het groter was, ging ik met de auto terug. Bomen hingen vol rotzooi en mensen stonden regelmatig te kijken naar alle troep in onze tuin. Och ja, ge bent wel weer anders, hè, en daar ging het mij om.” De tuin krijgt de tegenstrijdige naam Nobasura (geen rotzooi). De hemelsblauwe plafonds worden door Pieter voorzien van allerlei soorten goudkleurige zonnen die hij op rommelmarkten en in wereldwinkels koopt. Soms loopt hij rond met een grote hoed, een kralensnoer en een hesje.

Les in een gymzaaltje
“Deze postzegels heb ik zelf ontworpen, maar de PTT wilde ze niet uitgeven”, en Pieter wijst naar een schilderij met negen kleurige zegels. “Toen prins Willem-Alexander een vriendin kreeg, maakte ik voor Máxima een schilderij. Op een avond keek ik naar de tv en zag dat aan de poort mijn schilderstuk aan de marechaussee werd overgedragen!” Het werk behoort tot een serie die Pieter Swinnen maakt onder de naam El mistero del hombre cito blanco y negro junio 1998. Kunstschilder Pieter vraagt zich hardop af wat er met het schilderstuk gedaan is. “Als het ergens in Máxima’s schuurtje staat wil ik het graag terug hebben. Bij voorbaat dank voor de te nemen moeite”, aldus de Valkenswaardenaar, die hoopt op een reactie.

In diverse albums laat Pieter allerlei krantenartikelen zien uit verschillende buitenlandse kranten en tijdschriften. Ook laat hij het ontwerp zien van een fraaie poort. “Zelf ontworpen. Niks aparts, maar het gebeurt wél. Hier zie je nog een andere poort die ik ontwierp.”
Dan loopt Pieter naar zijn atelier. “Het is simpel en primitief, maar ik ben hier intens gelukkig. Ik vind het artistiek niet verantwoord, maar het is niet anders. Daar hangt nog een tekening van de Draaikolk en daar hangt onze trouwfoto. Dat schilderij maakte ik bij Gerard van Iersel,” en Pieter herinnert zich dat die lessen plaats vonden in een klein gymzaaltje met bakstenen podium. “Daar zette Van Iersel elke maand zijn tafereel op. Wij gingen daar dan met een groepje omheen zitten. De meesten hadden hun onderwerp na een maand nog niet klaar, en ik maakte er drie in een maand. Klassieke onderwerpen als een stoel met een boek, potjes en pannetjes deden me niks, maar ik zette ze in één avond neer in een hypermoderne versie. Gerard van Iersel vond dat geweldig.”

Clinton en Lewinsky
Als Pieter enkele jaren geleden denkt dood te gaan, gaat hij schilderen over de dood. “Ik ben er niet bang van, want dan ben je van veel ellende verlost. Kijk hier op dit schilderij heb ik een doodlopende weg gemaakt. De een zijn dood is de ander zijn brood. Zo is het toch, hè? We hebben een mooi leven gehad, behalve het overlijden van Monique.” Ook hangt er een werk over Clinton en Monica Lewinsky. “Er wordt veel mee gelachen, maar het wordt niet verkocht.” Een abstracter werk met felle kleuren hangt in de gang. “Weer een andere stijl, want ik noem mezelf different faces. Ik zie mijn ego graag gestreeld als mensen over mijn werken praten.”

Op tafel ligt ook nog een enveloppe met een manuscript over zijn oorlogservaringen. Op de achtergrond klinkt zachtjes het Ave Ave uit de Handelse Processie. Pieter pakt een klein snoepje en zegt tenslotte: “Zorg wel dat je vermeldt dat ik blij ben dat Tonnie nu zo goed verzorgd wordt. Ze is op De Bogen prima op haar plaats, want daar krijgt ze de totale zorg die ze nodig heeft. Ik ben dankbaar dat de verzorging daar zo goed verloopt en ze raakt naar mijn gevoel steeds meer gewend aan de nieuwe situatie.” In een losse aantekening meldt Pieter tenslotte dat hij op kermiszondag 9 augustus 1935 geboren is, ‘vermoedelijk met toeters en bellen. Ik was erbij, maar ik weet het niet goed meer, of precies meer. Erg hè?’

Download de gratis app van Valkenswaard24 en mis niets → Apple | Android

Deel dit artikel:
Advertentie



Ga terug
Advertentie
Advertentie