Eén van de rode VAART-banners staat bij edelsmid John Bijsterveld aan de Nachtegaallaan in Valkenswaard. Bijsterveld is een meester in het vervaardigen van de prachtigste kunstwerkjes uit edelmetaal en vertelt daarover met veel enthousiasme.
Achter zijn woning heeft het echtpaar Bijsterveld een atelier gerealiseerd voor de Valkenswaardse Meestergoudsmid. Naast de toegangsdeur hangt een fraai beeldje van de patroon van de smeden: Sint-Eloy met een aambeeld voor zijn voeten, hét symbool voor de smid. De edelsmid neemt graag plaats op zijn werkplek: aan een werktafel met een lade, een piepklein werkbankje, wat paperassen, allerlei vijlen en heel veel tangetjes. “Je bent nu de achtenvijftigste bezoeker van dit weekend”, zegt hij trots, en zet weer een streepje op een notitieblaadje. In een vitrine met zes kleine raampjes staan de fraaiste gouden en zilveren sieraden van de hand van de kunstenaar Bijsterveld. “De diamanten die ik verwerk, koop ik rechtstreeks in. Ze worden op een speciale manier door mij geknoopt.” Op de vraag of de goudmid een speciale stijl heeft van zijn eindproducten, zegt hij: “In feite is mijn stijl vooral het uitsmeden van een gewoon stuk draad tot een armband of een spang.” Bijsterveld laat een dik stuk zilverdraad zien als uitgangspunt en een spang die bijna klaar is.
Er is veel gereedschap nodig om een ornament te maken zoals bijvoorbeeld een ring. Met een wals wordt een dikke draad plat gemaakt of dunner gewalst. Dan showt hij een plaat met gaatjes van verschillende doorsnee. “Hiermee kan ik draad dunner trekken tot een bepaalde dikte. Natuurlijk kun je een draadje niet eindeloos dunner maken. Je kunt tot een bepaalde dunte, dan stook ik het draadje warm, laat het afkoelen en kan ik het opnieuw dunner trekken.” Soms krijgt de gastheer een idee en gaat dat dan maken. Hij werkt bijna nooit van een tekening maar meteen uit zijn hoofd. “Dit wordt straks een armband”, en de ambachtsman laat een ‘lelijk’ stuk dof uitgesmeed zilver zien. Bijsterveld studeerde drie jaar in Schoonhoven en behaalde in 1979 het diploma Goudsmid. De bijbehorende oorkonde hangt keurig ingelijst in het atelier. “In het begin vond ik het heel spannend om iets te maken, vooral ook toen ik mijn eerste briljantje zette. Nu is het gewoon materiaal waarmee ik werk en zie er de kostbaarheid niet direct van in.”
De edelsmid gaat zeer secuur te werk. Zodra hij begint te werken trekt hij de la van zijn werktafel open. Daarin ligt een groot vel papier waarop de kleinste stukjes edelmetaal neerkomen die er bij het bewerken afvallen. Alles wat aan goud en zilver op de grond valt wordt opgezogen en de stofzuigerzak, maar ook schuurpapiertjes worden bewaard. Zelfs het spoelwater van het aanrecht wordt in een speciale bak opgevangen. Bijsterveld: “Alles van de polijstmachine en noem maar op, alles wordt verzameld in een ton. Die ton kan ik zó inleveren en na een jaar of vijf verzamelen krijg ik ongeveer duizend euro. De gemeente kwam eens controleren waar ik mijn handen waste, en of dat water in het oppervlaktewater werd geloosd. Ik liet ze de opvangbak zien die tussen de gootsteen en de afvoer is opgesteld.” Op het aanrecht staat een kleine stoommachine, een schoonmaakmachine en ernaast staat de polijstmachine, die een werkstuk blinkend maakt, nadat eerst het stuk met een vijl is bewerkt en met een schuurpapier is verfijnd.
Intussen komen meerdere belangstellenden het atelier binnen en de partner van de juwelier geeft hen de informatie waar ze om vragen. Ze deelt bovendien lekkere bonbons uit en roept tegelijkertijd het hondje terug, dat bijna aan de openbare weg staat. “Wij hadden voorheen 27 jaar onze zaak vlak naast Hotel de Valk en in 2019 zijn we weer vanuit huis gaan werken.” De meeste klanten van nu komen vaker terug met een verzoek of een opdracht. Voornamelijk uit de regio, maar ook uit Den Haag, Leerdam en Haarlem. In de meeste gevallen is het een sieraad voor een dame, ter gelegenheid van een huwelijk, een jubileum of anderszins. Maar ook voor het gilde maakt de edelsmid schildjes en laat een ontwerp op papier zien van het Bergeijkse Sint-Jorisgilde. “Dat vind ik wel heel mooi om te doen. Deze hebben ze toevallig vandeweek opgehaald.”
Langs de kant staan enkele kleine aambeelden en op een tafel twee graveermachines, en John Bijsterveld toont een lade vol met sjabloonletters. Aan het enthousiasme van de VAART-deelnemer is niet te merken dat hij na veertig jaar aan het afbouwen is en vertelt animerend over het verschil tussen een juwelier, een goudsmid en een zilversmid. “Een juwelier koopt sieraden in en verkoopt die. Een goudsmid daarentegen maakt hoofdzakelijk sieraden. Je hebt ook een zilversmid. Deze maakt vooral gildeschilden, tafelzilver en kerkelijk vaatwerk, het grotere werk dus, met misschien wel honderd verschillende drijfhamers. Maar dat doe ik ook wel, hoor. Het zijn wel totaal verschillende vakken, met heel ander gereedschap.” Zowel de goud- als de zilversmid zijn edelsmid. Bijsterveld is een super-tevreden mens nu hij zijn beroep voortaan als hobby kan uitoefenen. Na een mooi verhaal van de vrouw des huizes over de herkomst van het Sint-Eloybeeldje reikt ze opnieuw een bonbon aan en roept ze hondje Lotje nogmaals tot de orde.
Download de gratis app van Valkenswaard24 en mis niets → Apple | Android