In de tuin achter zijn woning vertelt tekenaar en ontwerper Arjen Vriezekolk over de weg die hij aflegde om striptekenaar te worden. Inmiddels liggen bij veel gezinnen één of meer legpuzzels over Valkenswaard, waarvoor hij de tekeningen maakte.
Een zwarte poes mag van gastheer Arjen Vriezekolk (1964) niet naar buiten. Dus de hordeur gaat behoedzaam open en gewapend met twee glazen cola presenteert hij buiten een stoel onder de parasol. De gastheer heeft een ietwat opvallende achternaam voor Brabantse begrippen. “Klopt. Ik ben geboren in Twente. Mijn vader werkte in de textiel, die ging over de kop en bij Philips kon hij aan de gang als programmeur. Wij verhuisden in 1971 naar de Philipswoningen in de Kreijenbeek.”
De hamvraag is natuurlijk: hoe is Arjen tot tekenaar gekomen? Hij denkt dat het een combinatie is. Als klein kind krijgt hij al een stripboekje of een stripblad. “Dan gaat er een magische wereld open,” zegt hij, “want je kunt al plaatjes lezen voordat je letters kunt lezen.” Als zijn vader in de weekends thuis komt van Philips, brengt hij cadeautjes mee, zoals een Kuifje-stripboek. Arjen vindt de plaatjes fantastisch. Vanaf dat moment begint hij te tekenen en volgt zelfs een kindertekencursus. “Ik vond er geen fluit aan omdat ik alleen maar mocht tekenen met van die zachte potloden. Dat vond ik maar niks.” Als hij bij het oud papier een volle doos ontdekt met stripboeken van Pep, neemt hij die mee naar huis en smult van de stripverhalen. “Vanaf dat moment was ik de klos.”
Arjen begint met natekenen en elk half jaar vloeit er een andere favoriet uit zijn potlood, stift of pen. Langzaam maar zeker raakt hij verstrikt in de wereld van striptekenen. Zelfs als het gezin in de zeventiger jaren met de auto naar Oostenrijk op vakantie gaat, doodt hij op de achterbank de tijd niet met een frutseltje, maar met strips lezen. “Ik heb de beelden nóg op mijn netvlies staan.” Op zijn verjaardag krijgt hij regelmatig grote schetsboeken en doosjes stiftjes. Ook een spirograaf valt hem ten deel en hij vermaakt er zich uren mee. Arjen probeert alles na te tekenen wat los en vast zit en ontwikkelt een voorliefde voor de Frans-Belgische school: de Asterix- en de Robbedoesfiguren, met de grote neuzen en de flaporen. “De humor in die stripboeken spreekt me aan en later kun je zien hoe ongelooflijk veel vakwerk er in zit, hoe levendig de lijntjes zijn en hoe consequent alle tekeningen zijn.”
Op de Mavo mag Arjen voor de schoolkrant tekenen en dat dwingt bij medeleerlingen respect af. “Ik ben nadien geen beroepsopleiding gaan doen om het tekenvak te leren; ik ben in het creatieve blijven hangen”, aldus Arjen, die wel een grafische opleiding volgt in Boxtel met reclametekenen, etaleren en decoreren als hoofdvakken. Op dat moment ontdekt hij dat Valkenswaard een beroemde tekenaar heeft: Peter Coolen. Arjen maakt kennis met hem en laat hem zijn eigen werk zien. “Vervolgens ben je veertig jaar verder en mag je zijn werk overnemen, de humoristische stripverhalen van De Leukebroeders.”, ook in Frans-Belgische stijl. Peter Coolen en Uco Egmond maakten elke paar weken strips voor de Eppo en Arjen bewondert dat werk van de eerste schets tot en met het eindresultaat. Hij krijgt tips en suggesties van Peter om zijn tekeningen te verbeteren.
In 1987 begint Arjen als zelfstandig tekenaar, doet veel reclame-tekenwerk en is drie seizoenen verbonden aan het tv-programma Wordt Vervolgd, van Han Peekel, over tekenfilms en strips. Na enkele jaren gewerkt te hebben in de zorg en in het onderwijs, maakt hij met zijn toenmalige vriendin kinderboek De Roestige Ridder, waarvoor hij de tekeningen maakt. Hij heeft de smaak te pakken van een smeuïg verhaal en maakt strips zonder tekst, waarbij de humor in losse plaatjes wordt gevangen. Het wordt uitgegeven en raakt uitverkocht. Ook deel twee wordt een succes. Hij belt Peter Coolen nog eens op en restaureert digitaal Peters originele losse tekeningen vanwege waterschade aan de Eindhovenseweg. Er wordt afgesproken dat Arjen de vrije hand krijgt om De Leukebroeders nieuw leven in te blazen. “Daar zijn we nu mee bezig; het is een ontiegelijke klus.”
Intussen vraagt de VVV van Valkenswaard om een legpuzzel te maken met daarin markante plekjes van het dorp. Inmiddels zijn er vier puzzels uitgebracht en zijn ze zeer geliefd onder de bevolking. Er komen allerlei andere opdrachten en vooral voor reclamebureaus maakt Arjen de mooiste tekeningen vanaf 300-grams-tekenpapier of vanaf zijn computer. Door dat alles is de Valkenswaardenaar een begrip geworden in de strip- en tekenwereld.
Er sluipt ondertussen een witte kat in de achtertuin, Harrie, en hij zoekt een holletje in het hoge gras. Het huisdier luistert zichtbaar mee als de huisbaas vertelt dat zijn schetsen en tekenen een echt ambacht is. “Het bezig zijn met strips is fantastisch, maar ik werk ook graag met reclame."
Download de gratis app van Valkenswaard24 en mis niets → Apple | Android