Wie het woord prepaid hoort zal in eerste instantie waarschijnlijk aan z’n mobiele telefoon denken. Door de snelle technologische vooruitgang van eind vorige eeuw werden telefoons ineens snel goedkoper, maar vooral ook kleiner en kwamen daarmee binnen het bereik van consumenten.
In een wereld waarin mensen langzaam begonnen te wennen aan begrippen als ‘internet’ en ‘email’, was de tijd rijp voor een revolutie in de manier waarop mensen met elkaar communiceerden. Dat een telefoon niet alleen voor bellen gebruikt kon worden, maar ook om elkaar korte berichtjes te sturen, werd al snel volkomen normaal, alleen, de grootste belemmering was toch wel de prijs.
Toen de eerste mobiele providers rond 1996 hun diensten aan begonnen te bieden, was de abonnementsstructuur hetzelfde als voor de klassieke huistelefoon; een vast abonnementsbedrag per aansluiting, en achteraf de per maand of factuurperiode gebruikte belminuten van een paar cent per minuut, afhankelijk van waar je naartoe belde.
Het probleem was dat de kosten voor mobiel bellen zelf met een abonnement meer dan 1 gulden per minuut waren. Als we voor bijna dertig jaar inflatie corrigeren, komt dat neer op meer dan een euro per minuut! Wie zonder op te letten iedere dag een paar minuten belde of een paar SMSjes verstuurde, kon aan het einde van de maand makkelijk door een rekening van honderden guldens verrast worden.
Het zal dus niemand verbazen dat vele ouders die hun kinderen voor allerlei praktische redenen een mobiel hadden gegeven, die na een paar rekeningen snel weer afnamen of op probeerden te zeggen - puur omdat de financiële risico’s de voordelen en het gemak niet waard waren.
Libertel introduceerde daarom in 1997 de allereerste ‘prepaid’ telefoons in Nederland. “Bellen zonder abonnement”, maar met ‘beltegoed’ wat je kon ‘opwaarderen’ bleek een daverend succes. Want hoewel de prijzen per minuut of per SMS nog hoger lagen dan bij een abonnement, was het een gegarandeerde manier om niet meer uit te kunnen geven dan je beltegoed. Het nadeel dat gesprekken halverwege weg konden vallen namen we maar voor lief, en bovendien was dit niets anders dan bij een telefooncel wanneer je kwartjes op waren.
Toch is prepaid natuurlijk niet de uitvinding van de telecomindustrie, bij talloze bedrijven was vooruitbetalen al jaren de norm, wat te denken van tegoedbonnen of zelfs de ouderwetse strippenkaart?
Maar tegenwoordig is prepaid, misschien ongemerkt, steeds verder ons leven binnengedrongen. En dan hebben we het niet over bijvoorbeeld PaySafeCard casino's en energiebedrijven, waar het een effectieve manier is om je budget te beheren, maar over diensten ‘As-a-service’.
‘As-a-service’ (aaS) op zichzelf niet meer betekent dat je een kant-en-klare dienst afneemt. Diensten, zoals bijvoorbeeld Netflix en Spotify, bieden je video en audio as-a-service; ze leveren je een app en een enorme selectie aan media, zodat je zelf geen hard- of software meer hoeft te kopen en je ook geen zorgen hoeft te maken over kosten achteraf. Dat je achteraf geen kosten hebt, komt omdat je alles vooraf al hebt betaald - prepaid dus.
Hoewel aaS oorspronkelijk met name in het bedrijfsleven werd gebruikt, zien we het steeds meer in de consumentenmarkt. Afgezien van mediaconsumptie, wat te denken van ‘Mobility-as-a-Service’ in de vorm van de talloze deel-scooter en -autos, of zelfs ‘De beste spullen-as-a-service’? Ook hierbij geldt dat er vooraf betaald moet worden en de dienst simpelweg niet werkt, of stopt te werken, wanneer je tegoed op is.
Een ander bedrijfsmodel dat dicht tegen as-a-service aan ligt, is Pay-as-you-go. Hierbij moet je denken aan bijvoorbeeld het huren van een film. Pas als je betaald hebt, wordt de film voor een bepaalde tijd beschikbaar. Of je hierbij met een tegoed betaald of direct met de betaalmethode van je voorkeur maakt maakt niet uit.
Het is belangrijk om je te beseffen dat prepaid eigenlijk alleen maar gaat over wanneer je iets moet betalen. De diensten die as-a-service worden aangeboden, kunnen ook gecombineerd worden met een abonnement of een contract. Als een aanbieder door die verplichting die je daarmee aangaat minder risico loopt, is achteraf betalen vaak een optie, en is er geen sprake meer van prepaid.
Prepaid komt dus nog steeds in allerlei vormen voor in de samenleving, omdat niet meer uit kunnen geven dan je hebt is een groot voordeel is, zowel voor jezelf, als voor de bedrijven. Toch zul je er goed op moeten letten dat vooraf betalen niet betekent dat je toch nog aan een contract of abonnement vast zit, waardoor je misschien onverwacht hoge, maar wel terugkerende uitgaven hebt. Prepaid abonnementen klinken als een paradox, maar ze bestaan weldegelijk.
Let bij as-a-service ook op de werkelijke kosten, want de ‘complete’ dienst die ze leveren zal vaak ‘overcompleet’ zijn. De bedrijven besparen door een standaardpakket aan te leveren, maar vaak zit daar veel in verstopt wat je nooit zal gebruiken. Natuurlijk is Netflix het abonnementsgeld waard als je iedere dag na werk een paar uur binget, maar als je maar één keer per maand een film kijkt, kun je die toch echt beter huren. En wie graag 24 uur per dag muziek wil luisteren, kan toch ook gewoon gratis bij ons terecht?
We kunnen concluderen dat prepaid en as-a-service, ondanks hun overlap, twee verschillende zaken zijn, en misschien wel het beste voor de consument wanneer ze gecombineerd worden. Toch valt of staat alles met je persoonlijke situatie, wil je een budget stellen om je gok avonturen en telefoonrekeningen leuk en betaalbaar te houden? Dan werken prepaidkaarten perfect, maar wanneer je je uitgaven wel zonder problemen onder controle kan houden, levert het jou misschien juist meer hinder op dan het je waard is.
Download de gratis app van Valkenswaard24 en mis niets → Apple | Android